Evangeliserend kind

Donderdag had Bert een uitje met zijn werk. Hij vertrok tweede helft van de middag en daarmee had ik de kinderen voor mezelf. De dag verliep best goed met afwisselend werken en rusten, een keurig luisterende patiënt ben ik, al zeg ik het zelf. We zouden restjes gaan eten, toen ik dat noemde kwam er een hoop gekreun en gesteun uit vier kindermondjes. Ik besloot het er maar van te nemen, als Bert uit eten gaat kunnen wij ook wel er wat speciaals van maken. Eigenlijk kost dat bijzonder weinig overredingskracht voor ik mezelf zover heb. We bestelden pizza bij Domino's en aten op de bank. Ja, ja, doe eens gek. We keken naar de Minions deel 2. Toen de pizza's arriveerden haalde ik het kleine kindertafeltjes van boven (zo'n wit Ikea ding) en legde daar de pizza's op. Iedereen kreeg een bord en zo konden we pakken waar we zin in hadden. Manuël verwachtte dat we aan het witte tafeltje gingen eten en dat veroorzaakte voor wat kortsluiting. Gillen, krijsen, hijgen, snotteren en een hele hoop drama. Aangezien het voor hem zo belangrijk was om aan dat tafeltje te zitten legde ik de pizza's in hun doos op de grond en zo kon Manuël aan dat tafeltje zitten. Na het bidden en het uitdelen van het eerste pizza stuk bleef Manuël hijgen en dramatisch doen. De film ging op pauze. Manuël mocht even lekker doorgaan met gek doen en als hij er klaar mee was gingen we verder. Na een minuut of 2 begonnen de andere kinderen onrustig te worden: doe die film maar weer aan. Nee, we wachten op Manuël. Toen stopte het snel. Hij veegde zijn snot af, jakkie, en zei: 'ja, ik ben klaar'. Daarna waren de tranen weg en deed hij weer reuze gezellig mee. Alsof het een knop is die omgaat.

De dag erna vertelde Esther aan Bert hoe het gegaan was. 'Manuël moest huilen en mama ging schreeuwen. Ik ben zo blij dat jij er weer bent!'. Nou zeg, dat klinkt alsof het helemaal niet goed is gegaan terwijl het een paar minuten dramatisch was en daarna reuze gezellig. Je zou de kinderen toch niet meer bij mij achter durven laten met zo'n verslag. En bedankt Esther.

De rest van de week was Manuël enorm meelevend. Een oudtante van mij overleed en daar ging het afgelopen week dus aan aantal keer thuis over. Manuël had er wel wat vragen over en bleef erop terugkomen. Altijd als het gaat om ziekte of dood blijft dat hem een tijd bezighouden, zo ook nu.  'Is tante H nu verdrietig?' Nee hoor, juist niet. Zij is nu in de hemel. 'Maar de mensen zijn wel verdrietig'. Dat klopt, zij missen haar maar gelukkig heeft tante H het nu heel erg fijn bij Jezus. 'Ik word daar ook verdrietig van'. 
Zaterdag keken we de afscheidsdienst online mee. Ik wou er naar toe gaan maar omdat het helemaal in Haarlem was en ik nog steeds puzzel met mijn energie koos ik toch voor het online meeleven. Bert ging een rondje fietsen en de kinderen speelden in de kamer. Er werden mooie woorden gezegd als afscheid maar die dominee hield het zo vaag, sprak over 'de christelijke traditie' en 'die Ene'. Ik schreeuwde tegen de televisie: kom op zeg, verkondig het evangelie! Bied troost, vertel dat de dood is overwonnen. De kinderen keken verbaasd op van hun spel. Sorry jongens, maar dit is toch waar het om gaat. Gelukkig sprak mijn eigen oma hele mooie woorden, naast het gedenken van het leven van haar zus vertelde zij het evangelie. Ik kon niet trotser zijn op mijn lieve oma. De dood hoort niet bij het leven, inderdaad. 

Na de dienst gingen we weer terug naar de orde van de dag omdat Jonathan naar zwemles moest. Ik had in mijn hoofd zitten dat hij om 10.30u moest maar hij was 12.30u aan de beurt. Bert wou heel graag fietsen en vroeg of ik de zwemles voor mijn rekening wou nemen. Ik smeerde snel zijn brood, hij kleedde zich om en we reden in de auto naar het zwembad. Esther en Manuël gingen mee. Het bandje werkte niet mee dus stonden we eerst nog even bij de kassa en we waren al laat, hij sloot zich snel aan bij zijn groepje en wij vertrokken. Esther liep er trouwens bij als een echte beroemdheid. Een koptelefoon op haar hoofd en microfoon in haar hand. Al zingend liep ze naar de auto: 'ik wil meer en meer gaan lijken op Jezus'. 
Thuis smeerde ik brood voor de rest van het spul en stortte ik op de bank, tjonge best intensief. Ik bleef op de bank en de rest at aan tafel onder leiding van Rachel en af en toe een schreeuw vanaf de bank.
Na veel te korte tijd moesten we alweer naar het zwembad. Ik bleef zo lang mogelijk liggen, ademde zo diep en rustig mogelijk en kreeg weer wat krachten terug voor de volgende uitdaging, Jonathan ophalen. Esther ging dit keer alleen mee. We kwamen te laat aan bij het zwembad, ik liep eerst verkeerd omdat ik vergeten was dat er nu recreatief zwemmen was en daarna kwamen we bij Jonathan terecht die helemaal alleen bij de meester stond. De meester vertelde vriendelijk dat ik de andere ingang moest hebben, ja had ik ook ontdekt, en dat ik best mocht blijven kijken de volgende keer, bedankt. Ik antwoordde aardig en we gingen snel naar de kleedhokjes, aankleden en wegwezen. We reden terug naar huis en de rest van de dag lukte het niet meer. Gruwelijk irritant! En ik mag niet klagen hoor, ik herstel elke keer een beetje verder maar het gaat zo lang-zaam. Ik nam het er dus maar van en leefde in slow-motion. Gelukkig was Bert er weer om het gezin samen te runnen. Na wat geklaag richte ik me weer op alles wat er allemaal toch maar weer gelukt is. En die mindset vasthouden is bijna net zo moeilijk als het daadwerkelijke virus overwinnen. 



Reacties

Populaire posts van deze blog

Efteling

Nieuwe look

Zegenende zachte 7 jarige handen