Ziekenhuis
Vanmorgen was het zo gek.
Iedereen die ons een beetje kent weet dat Manuël erg ziek is geweest als baby en als gevolg daarvan veel verkouden is. Zeker in de herfst en de winter hoest hij de longen uit zijn lijf. Het slijm wat in de luchtwegen zit krijgt hij niet goed weg dus nachten is hij maar aan het hoesten, echt heel zielig. We houden hem overeind, snuiten zijn neus (wat wel helpt) maar alsnog kan het zo een paar uur duren. Nu is het weer zover dat hij flink hoest en juist vandaag moesten we naar de KNO arts. Niet verkeerd, want dan kan die gelijk controleren hoe het eruit ziet als hij weer eens last heeft.
Maar in het ziekenhuis werden we gewoon nagekeken. Ja kun je nagaan, de corona besmettingen lopen op en dan loop je daar met zo'n blaffend kind. Zelfs de beveiliging kwam zijn hokje uit om naar ons te kijken. Ik had de neiging een bordje op te houden 'dit heeft hij altijd, heel zielig voor hem maar niks om je zorgen over te maken voor jezelf'.
Eenmaal in de wachtkamer aangekomen zaten mensen ons aan te kijken en zelfs een verpleegkundige sprak ons aan: 'het is echt heeeel erg belangrijk dat je in je arm hoest'.
Ja, dat snap ik ook wel en vaak doet hij dat ook maar het is een kind dus niet altijd denkt hij eraan. Ik heb hem maar op schoot genomen en mijn arm voor hem gehouden als er een hoestbui kwam. Ik zat in twijfel of ik de mensen in die wachtkamer moest uitleggen dat deze flinke verkoudheid heel gebruikelijk is. De arts was gelukkig heel vriendelijk. Hij droeg zelf een mondkapje en vertelde ook dat gezien Manuëls situatie het er allemaal heel normaal uitziet. Hè gelukkig. Nu maar hopen dat hij er snel overheen gaat groeien, gelukkig gaat het steeds beter.
Op de terugweg merkte ik dat ik er chagrijnig van werd. Ik snap dat mensen alert zijn en als je in het ziekenhuis komt mankeer je al iets dus zit je niet te wachten op een besmetting maar de onvriendelijkheid, de nare blikken... En oké, ik weet niet wat ze dachten en misschien vul ik het teveel in maar toch werd het me duidelijk dat we daar niet gewenst waren. Wat een naar gevoel zeg.
We hadden de afspraak vroeg in de morgen dus nadat Manuël afgezet was op school kon ik aan het werk zonder al te veel tijd verloren te zijn. Er is genoeg te doen maar toch merkte ik dat mijn gedachten steeds weer gingen naar de ochtend. Wat gebeurde daar nou?
Om 11.00u zette ik mijn gedachten op een rijtje onder het genot van een kopje cappuccino. Daarna was het tijd om weer aan het werk te gaan.
Wat moet er van deze wereld worden? Ik weet het niet en gelukkig hoef ik dat ook niet te weten. Vandaag is er werk om te doen, kinderen om voor te zorgen en een man om lief te hebben. En voor vandaag is dat genoeg.
Reacties
Een reactie posten